In Zweden worden proeven gedaan met een 6-urige werkdag en ook in België wordt steeds meer gepraat over flexibele werktijden. Maar wat is nu de ideale lengte van een werkdag. En welke rol is daarbij weggelegd voor werkgevers?
“Het hangt af van het individu”, zegt Janneke Plantenga, hoogleraar Economie over de optimale lengte van een werkdag. “Bij een 6-urige werkdag en 30-urige werkweek sta je misschien wel vijf keer in de file. Dan zul je zien dat sommige mensen zeggen: ‘Ik werk liever vier keer negen uur, dan kan ik een dag thuisblijven’.”
Volgens Plantenga is er in België en Nederland veel variatie en flexibiliteit wat betreft arbeidstijden. “Mijn pleidooi zou niet zijn om de norm te veranderen. Maar om de manier van werken nog individueler te maken.” Werkgevers kunnen daar absoluut iets in betekenen, aldus Plantenga. “Ze kunnen meer onderling overleg voeren met werknemers. Maak binnen een bepaalde bandbreedte afspraken . Over het totale aantal uren dat iemand werkt en waar en wanneer. Je gaat dan richting functiecontracten.”
Ook Coen van Limborgh van Syntro vindt het moeilijk om te zeggen wat de ideale lengte van een werkdag zou moeten zijn. “Dat hangt erg van de situatie af. Als je kijkt naar de alertheid van werknemers en ervan uitgaat dat die samenhangt met de productiviteit, zie je dat deze snel afneemt als mensen langer dan negen uur op een dag werken. Op basis daarvan zou je kunnen zeggen: dat moet je dus niet doen.”
Volgens Van Limborgh denken werkgevers niet altijd even goed na over hoe lang werknemers kunnen en willen werken. “Ze zien soms niet hoeveel goud ze al in handen hebben om aan bezetting te krijgen wat ze willen. Ik adviseer opdrachtgevers wel om mogelijkheden voor flexibiliteit te bieden. Ze merken dan dat de wereld niet op z’n kop komt te staan.”
Daar kan ook Ben Jansen, directeur van adviesbureau Déhora, zich in vinden. “We gaan toe naar een samenleving waarin flexibiliteit de norm is. Dat geldt niet alleen voor de werknemer, maar ook voor de werkgever. Daar moet een goede balans in komen”, vindt Jansen. “Dat lijkt mij de toekomst. Zeker als je kijkt naar de instelling van veel Belgen en Nederlanders: zij willen graag een goede balans tussen werk en privé. Individualisering van werk is daarom erg belangrijk.”
Een andere manier voor werkgevers om met dit onderwerp om te gaan, is mensen zelf laten roosteren. Je laat medewerkers intekenen op diensten en zo hun eigen “ideaalrooster” invullen. Die roosters worden in een overzicht gezet en met iedereen gedeeld, zodat mensen kunnen zien waar over- of onderbezetting is. Vervolgens geef je werknemers zelf de verantwoordelijkheid om tot een optimaal rooster te komen.
Volgens Van Limborgh zijn er ook organisaties die medewerkers zelf hun dienstlengte laten bepalen. “Dan zie je dat bijna iedereen een dienst van zeven, acht of negen uur kiest. Een enkeling voelt zich prettig bij een dienst van vijf of zes uur.”
We gaan toe naar een samenleving waarin flexibiliteit de norm is. Dat geldt niet alleen voor de werknemer, maar ook voor de werkgever.
In de praktijk blijkt dat veel organisaties onvoldoende bekend zijn met de voor- en nadelen van alternatieve ploegensystemen buiten de…
Benjamin Franklin is geboren op 17 januari 1706. Hij speelde een grote rol bij de onafhankelijkheid van Amerika en de…